Wet op de Watersnoodschade 1953
Artikel 26
1
Voor de berekening van de bijdrage worden, ingeval:
a
de rechthebbende uit anderen hoofde geheel of gedeeltelijk vergoeding voor de schade heeft verkregen, kan verkrijgen of door zijn schuld niet heeft verkregen;
b
de schade geheel of gedeeltelijk op andere wijze is goedgemaakt;
c
de schade mede door de schuld van de rechthebbende is veroorzaakt of vergroot,
de herbouw-, heraanschaffings- of herstelkosten met een dienovereenkomstig bedrag verlaagd.
2
Geen bijdrage wordt verleend met betrekking tot geld en geldswaardige papieren of met betrekking tot goederen, welke zelfstandig geen verkoopwaarde bezitten.
3
Het bepaalde in lid 1, onder a en b, lijdt uitzondering in gevallen, waarin de belanghebbende giften in geld of goederen heeft ontvangen van derden, met dien verstande, dat alsdan op de bijdrage in mindering wordt gebracht het bedrag, waarmede het totaal van de volgens de voorafgaande artikelen berekende bijdrage en de giften de gezamenlijke werkelijke herbouw-, heraanschaffings- of herstelkosten mocht overtreffen.
4
Onze Minister van Financiƫn kan nadere voorschriften geven voor de uitvoering van de vorige leden.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.